Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord het voorzien hebben op
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
; ; ; ; aim for ; | ||
🔗 Geloof je werkelijk dat hij het op je leven voorzien had, Bob? | ||
(verwachten; vooruitzien) | ||
🔗 Ik had voorzien dat iets als dit zou gebeuren. |
Nederlands | Engels |
---|---|
het voorzien hebben op | ⇆ have a down on |
voorzien | ⇆ accommodate; ⇆ anticipate; ⇆ endue; ⇆ fit; ⇆ fix up; ⇆ forecast; ⇆ foresee; ⇆ furnish; ⇆ garnish; ⇆ plan; ⇆ provide; ⇆ set up; ⇆ store; ⇆ supply |