English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word ear

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
🔗 “Just two words,” said Jubal, “for your ears alone.”
jelly ear
(Jew’s‐ear; wood ear)
wood ear
(Jew’s‐ear; jelly ear)
cat’s‐ear
ear‐drop
(earring)
; ;
ear‐drum
trommelvlies
timpana membrano
earlobe
(lobe of the ear)
earmark
(destine; ordain; consign; designate; assign; dispose)
;
earmark
(assign; subpoena; allocate; allot; appoint)
;
earring
earring
(ear‐drop)
; ;
lamb’s‐ear
(woolly hedge‐nettle)
;

EnglishDutch
ear aar; in de aren schieten; lepel; oor; oortje
all ears een en al oor
be all ears een en al oor zijn; geheel oor zijn
be like those who having ears hear not horende doof zijn
be out on one’s ears de zak krijgen
blushing up to the ears tot over de oren blozend
box on the ear draai om de oren; muilpeer; oorveeg; oorvijg
bring a hornets’ nest about one’s ears zich in een wespennest steken
cauliflower ear bloemkooloor
cock one’s ears de oren spitsen
ear aid hoorapparaat; hoortoestel
ear defenders gehoorbeschermer
find a ready ear een open oor vinden
for your private ear alleen voor uw oren bestemd
gain the ear of gehoor vinden bij
get tossed out on one’s ear eruit vliegen
give ear to het oor lenen aan
give ear to the call of gehoor geven aan de roepstem van
go in one ear and out the other het ene oor in en het andere oor uitgaan
have a good ear for music een goed muzikaal gehoor hebben
have an ear for music muzikaal zijn
have no ear for music geen oor hebben voor muziek
have one’s ear to the ground op de hoogte blijven; zijn oor te luisteren leggen
he had the king’s ear de koning luisterde naar hem
in the public ear in het openbaar
it goes in at one ear and out at the other het gaat het ene oor in en het andere uit
it has come to my ear het is mij ter ore gekomen
it has reached my ear het is mij ter ore gekomen
keep one’s ear to the ground op de hoogte blijven; zijn oor te luisteren leggen
left ear linkeroor
lend an ear to het oor lenen aan
lend a willing ear to wel oren hebben naar
lend ear to het oor lenen aan
lend me your ears leen mij het oor
listen with only half an ear met een half oor luisteren; slechts met een half oor luisteren
little pitchers have long ears kleine potjes hebben grote oren; kleine potjes hebben ook oren
make a pig’s ear of verknallen; verprutsen
more is meant than meets the ear daar zit meer aan vast
not earn enough for one’s bread and cheese geen droog brood verdienen
over heads and ears in love smoorverliefd; tot over de oren verliefd
pin back your ears luister nou eens goed
play by ear op het gehoor spelen
play it by ear improviseren
prick one’s ears de oren spitsen
prick up one’s ears de oren spitsen
pull somebody’s ears iemand aan de oren trekken; iemand aan zijn oren trekken
put one’s ear to the ground zijn oor te luisteren leggen
raise a hornets’ nest about one’s ears zich in een wespennest steken
set them by the ears hen tegen elkaar in het harnas jagen
stop one’s ears de oren dichtstoppen
up to his ears in debt tot over de oren in de schulden
up to one’s ears tot over zijn oren
walls have ears de muren hebben oren; muren hebben oren
wet behind the ears nog niet droog achter de oren
wood ear Judasoor
cat’s‐ear biggekruid
dog‐ear ezelsoor
dog’s‐ear ezelsoor; oor
drop‐ear hangoor
ear‐ache oorpijn
ear‐doctor oorarts
ear‐drop hanger; oorbel; oorhanger; oorknop; oorknopje
ear‐drops oordruppels
ear‐drum trommelvlies
ear‐flap oorklep
ear‐hole oorgat
ear‐jewel oorsieraad
ear‐lap oorlel; oorlelletje
earless Oostindisch doof; zonder oren
earlobe oorlel; oorlelletje
earmark bestemmen; kenmerk; merken; oormerk; oormerken; tekenen; uittrekken
earmuffles gehoorbeschermer
earmuffs gehoorbeschermer
ear‐pendant oorhanger
earphone koptelefoon
earpiece oortelefoon; poot van een bril
ear‐plug oordopje
earring oorring
ear‐specialist oorarts
ear‐splitting oorverdovend
ear‐syringe oorspuit
ear‐trinket oorsieraad
ear‐trumpet gehoorbuis; spreekhoorn; spreekhoren
ear‐wax oorsmeer; oorwas
ear‐witness oorgetuige
flap‐eared met flaporen
lamb’s‐ear ezelsoor; ezelsoren
lop‐ear hangoor
lop‐eared met hangende oren