Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word ontdoen
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(beroven) | ; ; ; ; bereave | |
🔗 Het was een zonnige dag en de bediende Joost was bezig het gazon van onkruid te ontdoen. | ||
(zich bevrijden van) | ||
🔗 Hoe wilt u zich van de motorboot ontdoen? | ||
(handelen; optreden; te werk gaan; handelen) | ||
(laten; maken) | ||
🔗 Een nieuw geluid deed hem opschrikken. | ||
(plaatsen; steken; stoppen; zetten) | ||
🔗 Die gaf zijn gevangenen nog goed te eten, al deed hij wat veel knoflook in de soep. | ||
(indienen; optreden; spelen; voorstellen; brengen) | ; ; ; ; ; reenact ; ; represent ; constitute ; ; ; serve up | |
🔗 Nu zal ik jullie een voorstel doen. | ||
(maken) | making ; manifacture ; ; formation ; | |
; ; make clean ; purge ; ; | ||
🔗 Ze ging zitten voor een enorme toilettafel en begon haar haar te doen. | ||
(begaan; maken; uithalen; uitrichten; verrichten; uitvoeren) | ; | |
🔗 Wat nu te doen? | ||
; | ||
🔗 Hij deed alsof hij steeds dover werd en binnen de kortste keren hadden ze geen gesprekken meer. | ||
(toebrengen; aandoen; stellen; afsluiten; sluiten) | ; | |
🔗 Wil jij mij de eer doen om met me te trouwen? | ||
🔗 We moeten niet praten, maar doen. | ||
(nemen) | ||
🔗 Marino moet zijn plicht doen en de waarheid vertellen. |
Dutch | English |
---|---|
ontdoen | ⇆ divest; ⇆ rid |
iemand ontdoen van | ⇆ strip somebody of |
ontdoen van | ⇆ divest of; ⇆ prune of; ⇆ rid of; ⇆ strip of |
zich ontdoen van | ⇆ dispose of; ⇆ divest oneself of; ⇆ get rid of; ⇆ rid oneself of; ⇆ get shot of; ⇆ part with; ⇆ take off |
doen | ⇆ command; ⇆ conduct; ⇆ do; ⇆ give; ⇆ make; ⇆ put; ⇆ sound; ⇆ transact; ⇆ send; ⇆ take; ⇆ work; ⇆ be worth; ⇆ be; ⇆ fetch; ⇆ act; ⇆ doings |