Preferred language
Afrikaans
Deutsch
English
español
esperanto
français
Frysk
Nederlands
svenska
Home page
•
Multilingual translation dictionary
alleen (1)
alleen (2)
alleen (3)
alleen (4)
alleen (5)
alleen (6)
alleen (7)
Information about the word
alleen
(Dutch → Esperanto: sole)
Synonyms: solitair, allenig
Part of speech
adverb
Pronunciation
/ɑˈlen/
Hyphenation
al·leen
Usage samples
Ik zou daar niet graag
alleen
lopen als het donker is.
Waarom kon u het niet
alleen
doen?
Moet een heer dan alles
alleen
doen?
Hij moest nog laat werken en hij stond overal
alleen
voor.
Nog geen tien minuten later kwam Tannahill aan,
alleen
.
Ze at
alleen
op de brug en voelde zich vreselijk opgewonden.
Toen bevond Tom Poes zich dus
alleen
in het vertrek.
God
alleen
wist waarom hij hun dit geluk niet gunde.
Ik zou er
alleen
voor staan als deze vreemdeling er niet was.
Translations
Afrikaans
alleen
English
alone
;
solely
; on one’s own; single‐handed; lonely
Esperanto
sole
German
alleine
Low German
alleyn
Saterland Frisian
alleene; bloot