Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord speelgoed‐
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
speelgoed | toys | ludiloj |
toys | ||
🔗 Maar al had hij in het kasteel nog zoveel speelgoed tot zijn beschikking, het poppenhuis van zijn moeder vond hij het mooist. |
Nederlands | Engels |
---|---|
speelgoed‐ | ⇆ pretend |
speelgoed | ⇆ bauble; ⇆ toys; ⇆ playthings |
kinderspeelgoed | ⇆ children’s toys |
speelgoedwinkel | ⇆ toyshop |