Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord leiden
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(de weg wijzen; geleiden) | ; ; ; | |
(brengen; geleiden; voeren) | ; ; | |
🔗 Toen leidde Tarzan zijn mannen de onder hem liggende vallei in. | ||
🔗 Dat comité wordt overigens geleid door een zoon van president Lukašenko van Wit‐Rusland. | ||
; | ||
🔗 En, niet langer geleid door de bevelen van bovenaf, had hij zijn eigen denkvermogen aan het werk gezet. | ||
(aanvoeren; besturen; regeren; runnen; aan het hoofd staan van) | ||
🔗 Mugabe leidde Zimbabwe met harde hand. | ||
🔗 Wonen ze in Leiden? | ||
(beduvelen; beetnemen) | hoax | |
🔗 Je hebt ons allemaal om de tuin geleid door te doen alsof je te stom bent om voor de duvel te dansen, maar ondertussen! | ||
(abstraheren; deduceren) | deduce ; | |
distract ; divert | ||
🔗 Buiten gierde de wind om de ramen en binnen borrelden de retorten, maar de geleerde liet zich niet afleiden. | ||
; | ||
(wegvoeren) | divert | |
(besluiten; concluderen; opmaken) | ; induce ; ; conclude | |
malatentigi | ||
(inleiden; invoeren) | enkonduki | |
🔗 Hercule Poirot keek met belangstelling en waardering naar de jonge vrouw die op dat ogenblik bij hem werd binnengeleid. | ||
(handboek) | manual | |
🔗 Nu, gelukkig gaf de handleiding hier raad in. | ||
(inkrimpen; reduceren; terugbrengen; vereenvoudigen) | ||
(binnenleiden; invoeren) | enkonduki | |
(toonaangevend; toongevend) | leading | direktanta |
leading | ||
(voorman) | ||
🔗 Deze zevende man―dat was wel duidelijk―was de leider van het geheel. | ||
duct | ||
(aanvoerder; baas; chef; hoofd; hoofdman) | ; ; ; ; | |
🔗 Nu was hij de echte leider van het avontuur geworden. | ||
(gids) | guidebook ; ; | |
(geleider; gids) | ||
🔗 De geestelijke leidsman van honderdduizenden Indiërs lag al langer onder vuur vanwege zijn seksuele moraal. | ||
; mentor ; counsellor | ||
🔗 Ik ben hier slechts in de hoedanigheid van geestelijk leidsman. | ||
mislead | ||
🔗 Misschien heb ik je een beetje misleid. | ||
(belazeren; bedriegen) | ; ; delude ; mislead | |
🔗 Ten eerste moet ik het opperhoofd erop wijzen dat hij zelf misleid is. | ||
(dresseren; grootbrengen; kweken; opvoeden) | ; ; | |
; ; ; ; ; ; show the way | ||
🔗 Mag ik u rondleiden? | ||
lead astray ; | forlogi | |
(bekoren; in verzoeking brengen; verlokken; verzoeken) | entice ; | tenti |
; | ||
(wegvoeren) | ||
🔗 Hij maakte de koe los en leidde haar weg. |
Nederlands | Engels |
---|---|
Leiden | ⇆ Leyden |
leiden | ⇆ conduce; ⇆ conduct; ⇆ control; ⇆ direct; ⇆ govern; ⇆ guide; ⇆ lead; ⇆ manage; ⇆ operate; ⇆ spearhead; ⇆ route; ⇆ run; ⇆ shepherd; ⇆ take; ⇆ front; ⇆ train; ⇆ be in the lead |
aan de hand leiden | ⇆ lead by the hand |
bij de hand leiden | ⇆ lead by the hand |
dat leidt tot niets | ⇆ that leads nowhere; ⇆ that leads to nothing |
leiden tot | ⇆ go towards; ⇆ lead up to |
om de tuin leiden | ⇆ circumvent; ⇆ hoax; ⇆ hoodwink; ⇆ deceive; ⇆ mislead |
toen was Leiden in last | ⇆ there was the devil to pay; ⇆ then we were in a fix; ⇆ then they were in a fix |
afleiden | ⇆ abstract; ⇆ conclude; ⇆ deduce; ⇆ derive; ⇆ distract; ⇆ divert; ⇆ draw off; ⇆ educe; ⇆ gather; ⇆ induce; ⇆ infer; ⇆ lead down; ⇆ take off; ⇆ shunt; ⇆ sidetrack |
binnenleiden | ⇆ introduce; ⇆ usher; ⇆ take in; ⇆ usher in |
handleiding | ⇆ manual; ⇆ guide; ⇆ tutorial |
herleiden | ⇆ abbreviate; ⇆ convert; ⇆ reduce |
inleiden | ⇆ initiate; ⇆ introduce; ⇆ open; ⇆ prelude; ⇆ prologue; ⇆ usher; ⇆ usher in; ⇆ induce |
leiband | ⇆ leading‐string; ⇆ leading‐strings |
leiboom | ⇆ espalier |
leidend | ⇆ directive; ⇆ executive; ⇆ leading; ⇆ managing; ⇆ guiding |
leider | ⇆ boss; ⇆ captain; ⇆ chief; ⇆ conductor; ⇆ director; ⇆ executive; ⇆ guide; ⇆ head; ⇆ kingpin; ⇆ leader; ⇆ manager; ⇆ moderator; ⇆ protagonist; ⇆ spearhead |
leidraad | ⇆ guide; ⇆ guidebook; ⇆ guideline |
Leids | ⇆ of Leyden |
leidsel | ⇆ rein |
leidsman | ⇆ guide; ⇆ leader |
leidsvrouw | ⇆ leader; ⇆ female leader; ⇆ guide; ⇆ female guide |
misleiden | ⇆ abuse; ⇆ befool; ⇆ cheat; ⇆ circumvent; ⇆ deceive; ⇆ delude; ⇆ hoodwink; ⇆ impose on; ⇆ impose upon; ⇆ misguide; ⇆ mislead |
omleiden | ⇆ detour; ⇆ divert; ⇆ redirect |
opleiden | ⇆ bring up; ⇆ educate; ⇆ arrest; ⇆ run in; ⇆ prepare; ⇆ breed; ⇆ groom; ⇆ train |
rondleiden | ⇆ promenade; ⇆ lead about |
uitleiden | ⇆ expel; ⇆ conduct across the frontier |
verleiden | ⇆ beguile; ⇆ vamp; ⇆ debauch; ⇆ deceive; ⇆ entice; ⇆ inveigle; ⇆ lead astray; ⇆ pervert; ⇆ take advantage of; ⇆ tempt; ⇆ seduce; ⇆ allure |
voorleiden | ⇆ bring up |
wegleiden | ⇆ lead away; ⇆ march off; ⇆ walk off |