Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord kick the habit
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(trick) | ; | |
(fashion; practice; wont) | ||
🔗 But she had to keep it hidden from her mother, who hated the habit. | ||
; | ||
; trap | ||
(balk; jib; be recalcitrant) | ||
kiki |
Engels | Nederlands |
---|---|
kick the habit | ⇆ afkicken; ⇆ ermee stoppen |
habit | ⇆ aanwensel; ⇆ dracht; ⇆ gebruik; ⇆ gesteldheid; ⇆ gewoonte; ⇆ habijt; ⇆ habitus; ⇆ hebbelijkheid; ⇆ kleed; ⇆ pij; ⇆ rijkleed; ⇆ verslaving |
kick | ⇆ fut; ⇆ kick; ⇆ klagen; ⇆ pit; ⇆ prikkel; ⇆ schop; ⇆ schoppen; ⇆ sensatie; ⇆ slaan; ⇆ stoot; ⇆ stoten; ⇆ tegenspartelen; ⇆ tegenstribbelen; ⇆ terugstoot; ⇆ terugstoten; ⇆ trap; ⇆ trappen; ⇆ wegtrappen; ⇆ zich verzetten |