Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord grasp at a straw
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
grasp (clutch; grab; grip; seize; nab; snatch) | ; ; | |
grasp (grab; seize; snatch) | ; ; | |
grasp (seizing; seizure) | ||
grasp | ||
grasp | ; | |
grasp (clutch; grapple) | ; | ekteni |
grasp (catch; grapple; captivate; grab; seize; trap; apprehend; bag; snare) | ; | |
grasp (hook; couple; hang; secure) | ||
🔗 Its head was a small sack stuffed with straw, with eyes, nose, and mouth painted on it to represent a face. | ||
pajla | ||
strohuls | ||
strohalm ; | ||
(pipe) |
Engels | Nederlands |
---|---|
grasp at a straw | ⇆ zich aan een strohalm vastklampen |
grasp | ⇆ aangrijpen; ⇆ beetpakken; ⇆ begrijpen; ⇆ bereik; ⇆ bevatten; ⇆ bevatting; ⇆ bevattingsvermogen; ⇆ greep; ⇆ grijpen; ⇆ handgreep; ⇆ houvast; ⇆ macht; ⇆ omklemmen; ⇆ omvatten; ⇆ pakken; ⇆ snappen; ⇆ vastgrijpen; ⇆ vasthouden; ⇆ vatten; ⇆ volledige beheersing |
straw | ⇆ rietje; ⇆ stro; ⇆ strohalm; ⇆ strohoed; ⇆ strooien; ⇆ strootje; ⇆ stro‐; ⇆ van stro |