Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord challenger
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(defy; question; affront) | ; ; | |
(affront) | ||
(question; contest; dispute; protest; controvert) | ; ; ter discussie stellen | |
🔗 Now, Trump’s move will be challenged legally. | ||
(incitement; provocation) | ||
(defy; incite; provoke) | ; ; | |
Engels | Nederlands |
---|---|
challenger | ⇆ uitdager |
challenge | ⇆ aanroepen; ⇆ aanroeping; ⇆ aanspraak maken op; ⇆ aanvechten; ⇆ betwisten; ⇆ eisen; ⇆ in discussie brengen; ⇆ tarten; ⇆ tarting; ⇆ ter discussie stellen; ⇆ uitdagen; ⇆ uitdaging; ⇆ uittarten; ⇆ uittarting; ⇆ vragen; ⇆ wraken; ⇆ wraking |