Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord burst
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(split; crack) | ; | |
(crack; flaw) | ||
; ; ; | ||
(crack) | ||
(dehisce) | ||
(bang; explode; detonate; backfire) | ; | |
burst into flames | in vlammen uitbarsten |
Engels | Nederlands |
---|---|
burst | ⇆ barst; ⇆ barsten; ⇆ berst; ⇆ bersten; ⇆ breken; ⇆ breuk; ⇆ doen barsten; ⇆ doen springen; ⇆ dóórbreken; ⇆ doorprikken; ⇆ explosie; ⇆ fuif; ⇆ klappen; ⇆ losbarsten; ⇆ losbarsting; ⇆ op barsten staan; ⇆ openbarsten; ⇆ openbreken; ⇆ openspringen; ⇆ ratel; ⇆ ren; ⇆ springen; ⇆ uitbarsten; ⇆ uitbarsting; ⇆ uiteenspatten; ⇆ uit elkaar spatten; ⇆ verbreken; ⇆ vlaag; ⇆ vuurstoot |
be bursting at the seams | ⇆ overvol zijn; ⇆ te klein zijn |
burst apart | ⇆ uit elkaar spatten; ⇆ uiteenspatten |
burst asunder | ⇆ uit elkaar spatten; ⇆ uiteenspatten |
burst in | ⇆ binnenstormen |
burst into | ⇆ binnenstormen; ⇆ losbranden; ⇆ uitbarsten in |
burst into flame | ⇆ opvlammen; ⇆ plotseling in brand vliegen |
burst into flames | ⇆ opvlammen; ⇆ plotseling in brand vliegen |
burst into tears | ⇆ in tranen uitbarsten |
burst of laughter | ⇆ geschater; ⇆ schaterlach |
burst open | ⇆ openspringen |
burst out | ⇆ losbarsten; ⇆ uitbarsten; ⇆ uitbreken |
burst out laughing | ⇆ het uitproesten; ⇆ het uitschateren; ⇆ in de lach schieten; ⇆ in lachen uitbarsten; ⇆ proesten van het lachen |
burst upon | ⇆ zich plotseling voordoen aan |
burst with | ⇆ barsten van |
bursting | ⇆ doorbraak |
cloud‐burst | ⇆ plensbui |