Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord bank balance
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
bank balance (balance; balance with a bank) | ; | |
balance (fly; balance‐wheel) | ||
balance (poise; bob) | ||
balance (balance with a bank; bank balance) | ||
balance | ||
balance | ; | saldi |
balance (scales) | ; | |
balance (equilibrium) | ; | |
balance (assess) | de balans opmaken | |
balance | in balans zijn ; in evenwicht zijn | egalpezi |
balance | in balans brengen | egalpezigi |
balance (remainder; rest) | ||
balance (stabilize; steady) | ||
(shore; coast; waterside) | ; ; | |
(sandbank) | ; | |
(ramp; slope; embankment) | ; | |
(deposit; file; lodge; store) | ||
(shoal) | ondiepe plek ; | |
(rebound; bounce; recoil; ricochet) | ; ; ; ; ; | resalti |
(file; line; rank; row; queue; round; run; sequence; string) | ||
🔗 This came for you at the bank after you’d left. |
Engels | Nederlands |
---|---|
bank balance | ⇆ banksaldo; ⇆ banktegoed |
balance | ⇆ balanceren; ⇆ balans; ⇆ banksaldo; ⇆ bilan; ⇆ evenwicht; ⇆ evenwichtigheid; ⇆ harmonie; ⇆ in balans zijn; ⇆ in evenwicht brengen; ⇆ in evenwicht houden; ⇆ in evenwicht zijn; ⇆ in harmonie zijn; ⇆ kloppen; ⇆ onrust; ⇆ opwegen tegen; ⇆ rest; ⇆ salderen; ⇆ saldo; ⇆ sluiten; ⇆ sluitend maken; ⇆ tegen elkaar afwegen; ⇆ tegenwicht; ⇆ tegoed; ⇆ uitbalanceren; ⇆ vereffenen; ⇆ verevenen; ⇆ waag; ⇆ weegschaal |
bank | ⇆ bank; ⇆ banken; ⇆ bankieren; ⇆ bankzaken doen; ⇆ berm; ⇆ boord; ⇆ dam; ⇆ deponeren; ⇆ dijk; ⇆ doen overhellen; ⇆ dwarshelling; ⇆ een bankrekening hebben; ⇆ glooiing; ⇆ groep; ⇆ indammen; ⇆ inrekenen; ⇆ mistbank; ⇆ oever; ⇆ op de bank zetten; ⇆ op de bank zitten; ⇆ overhellen; ⇆ rij; ⇆ slagzij; ⇆ slagzij maken; ⇆ wal; ⇆ zandbank |