English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word outrank
English | Dutch (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(outside; without) | ; | |
🔗 At least I can have my pipe out there. | ||
(outside; outward) | ; | |
🔗 He pushed on the door, forcing her out. | ||
(unconscious) | ||
(outside of; outside) | ||
(off) | ||
(grade; status; station; standing) | ||
(file; line; row; queue; round; run; sequence; bank; string) | ; | |
de rang hebben van | rangi |
English | Dutch |
---|---|
outrank | ⇆ overtreffen; ⇆ staan boven |
out | ⇆ af; ⇆ bekend; ⇆ bewusteloos; ⇆ buiten; ⇆ buitengaats; ⇆ daarbuiten; ⇆ daaruit; ⇆ eropuit; ⇆ eruit; ⇆ geopenbaard; ⇆ in staing; ⇆ naar buiten; ⇆ niet meer aan de slag; ⇆ niet meer aan het bewind; ⇆ niet thuis; ⇆ om; ⇆ op; ⇆ te veld; ⇆ uit; ⇆ uit de mode; ⇆ uit het gelid; ⇆ uit het lid; ⇆ uitgedoofd; ⇆ uitgesloten; ⇆ weg |
rank | ⇆ een plaats geven; ⇆ geil; ⇆ gelid; ⇆ graad; ⇆ grof; ⇆ in het gelid plaatsen; ⇆ inschalen; ⇆ opstellen; ⇆ plaatsen; ⇆ rang; ⇆ riekend; ⇆ rij; ⇆ schandelijk; ⇆ staat; ⇆ stand; ⇆ standplaats; ⇆ te welig; ⇆ vuil; ⇆ weelderig |