English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word any advance over …?
English | Dutch (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(approach; come on; come; accost) | ||
(march on) | ||
(put forward; highlight; publicize; call attention to; draw attention to) | naar voren brengen | |
(come on) | ||
(approach; come close; come closer; come on) | ; | |
(go forward; progress; come forward) | voorwaarts gaan | |
; | ||
(ascend; go up; increase) | ||
; | ||
(progress; make progress) | ; | |
(progress) | ; | |
(progress; advancement) | voortgang ; ; vordering | |
(promote) | ; | promocii |
(offer; propose; suggest; proffer; propound; advocate; bid) | ; ; ; | |
(be promoted) | ||
🔗 Ukrainian forces continue to advance against withdrawing Russian forces in the vicinity of Kyiv, British military intelligence said on Saturday. | ||
(step out) | naar buiten komen ; ; stelling nemen | elpaŝi |
prosperigi | ||
(approach; démarche) | ; diplomatieke stap ; | |
; ; | ||
(prepay; pay in advance) | ||
(forward; advanced; antecedent; anterior) | voor‐ | |
(offer; proposal; presentation; tender; bid; proposition) | ; ; ; voorslag ; | |
(station) | ; | |
promociiĝi | ||
(aid; assist; help; benefit; attend to; avail) | ; ; ter zijde staan | |
(advancement) | ||
🔗 Blocking the Russian advance here was critical. | ||
(make progress) | ||
🔗 Even when Putin’s forces were advancing, those advances were slow and grinding. | ||
English | Dutch |
---|---|
any advance over …? | ⇆ niemand meer dan …? |
advance | ⇆ aanrukken; ⇆ aanvoeren; ⇆ bevorderen; ⇆ bevordering; ⇆ naar voren brengen; ⇆ naderen; ⇆ nadering; ⇆ oplopen; ⇆ opmars; ⇆ opperen; ⇆ oprukken; ⇆ opslaan; ⇆ opslag; ⇆ prijsverbetering; ⇆ prijsverhoging; ⇆ promoveren; ⇆ stijgen; ⇆ stijging; ⇆ toenaderen; ⇆ toenadering; ⇆ uitsteken; ⇆ verhaasten; ⇆ verhogen; ⇆ verhoging; ⇆ verschieten; ⇆ vervroegen; ⇆ voorschieten; ⇆ voorschot; ⇆ voortgang; ⇆ voortrukken; ⇆ vooruitbewegen; ⇆ vooruitbrengen; ⇆ vooruitgang boeken; ⇆ vooruitkomen; ⇆ vooruitschuiven; ⇆ vooruitsteken; ⇆ vooruitzetten; ⇆ voorwaartsbrengen; ⇆ voorúítgang; ⇆ voor‐; ⇆ vorderen; ⇆ vordering |