English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word agreest
English | Dutch (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(accord; be in accord; be in agreement) | het eens zijn ; ; | |
(come to an agreement; come into accord; reach an accord; get along; make terms) | het eens worden ; | |
; | ||
(assent) | het eens zijn ; | |
🔗 Then you agree? | ||
(agree to; accede to; go along with) | konsenti pri | |
(concur) | het eens zijn | samopinii |
🔗 We’re not going to agree on this. |
English | Dutch |
---|---|
agree | ⇆ aannemen; ⇆ accorderen; ⇆ afspreken; ⇆ akkoord gaan; ⇆ beamen; ⇆ het eens worden; ⇆ het eens zijn; ⇆ in overeenstemming brengen; ⇆ overeenkomen; ⇆ overeenstemmen; ⇆ overweg kunnen; ⇆ samengaan |