Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word terugkoppelen

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(schakelen)
;
🔗 De litas is sinds 2002 al gekoppeld aan de euro.
act as matchmaker
;
propose in marriage
svati
(achteruit);
🔗 Maar hij begreep dat hij nu niet meer terug kon.
returne
🔗 Maar nu was hij terug en hij zou dat nu gaan doen.
terugkoppeling
(feedback)
feedback
terugkoppeling
feedback

DutchEnglish
koppelen connect; couple; dock; docking; join; leash; make a match; matchmake; pair off; pander; peg; pimp; procure; shackle
terugkoppelen naar give feedback to
terug aback; avaunt; back; backward; backwards; ago
terugkoppeling feedback

The word terugkoppelen could not be translated into the selected target language by us.