Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word schoonmaakbedrijf
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(beroep) | profession ; occupation ; vocation | |
(oorkonde; akte) | ; | |
(onderneming) | enterprise | |
🔗 Een groot deel van de boekjes werd binnen bedrijven verspreid. | ||
(reiniging; schoonmaak; schoonmaakbeurt; zuivering) | abstersion | |
🔗 Jullie gaan door met schoonmaken tot de generaal zegt dat het schoon is! |
Dutch | English |
---|---|
schoonmaakbedrijf | ⇆ cleaners |
bedrijf | ⇆ achievement; ⇆ act; ⇆ action; ⇆ business; ⇆ concern; ⇆ industry; ⇆ lawful occasions; ⇆ plant; ⇆ trade; ⇆ service; ⇆ deed; ⇆ working; ⇆ undertaking; ⇆ works |
schoonmaken | ⇆ abstersion; ⇆ clean; ⇆ clean out; ⇆ clean‐out; ⇆ cleaning; ⇆ decontaminate; ⇆ draw; ⇆ dress; ⇆ gut; ⇆ scour; ⇆ top and tail |