Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word schoolkind
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
; infant ; | ||
🔗 Heb ik je als kind te veel geslagen? | ||
(koter) | ||
🔗 Het huis en het omvangrijke fortuin dat mijn vader nagelaten moest hebben, waren mijn erfdeel, want ik was enig kind, net als hij. | ||
(drift; hoop; troep) | shoal ; | |
🔗 Wanneer hen de drift om te paren bevangt, zwemmen ze in scholen naar zee. | ||
(leerschool) | ||
🔗 Dinsdag was hij weer op school. | ||
🔗 Je praat volgens de oude school. |
Dutch | English |
---|---|
schoolkind | ⇆ junior; ⇆ schoolchild |
kind | ⇆ baby; ⇆ bairn; ⇆ chick; ⇆ child; ⇆ infant; ⇆ kid; ⇆ babe; ⇆ little one |
school | ⇆ academy; ⇆ drove; ⇆ school; ⇆ run; ⇆ school of thought; ⇆ seminary; ⇆ shoal; ⇆ college; ⇆ schoolhouse |