Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word overreden
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(overhalen) | persuade | |
persuasive | persvada | |
persuasion | ||
run over ; run down | ||
🔗 Het konijn was slechts een paar minuten eerder overreden. | ||
(ree) | ; moorage ; mooring ; | |
🔗 Op de rede van Olehleh zag ik eens hoe een inlandse kwartiermeester door haaien werd opgegeten. | ||
(oratie; redevoering) | ; discourse | |
🔗 Alle honderdvierenveertig gasten verwachtten een prettig onthaal, hoewel zij nogal opzagen tegen de rede die hun gastheer na het diner zou afsteken (een onvermijdelijk punt van het programma). | ||
(verstand) | ||
🔗 Maar de grijsaard wilde niet naar rede luisteren. | ||
(verstand) | ; | |
roads ; roadstead | ||
(toespraak; redevoering; speech) | ||
🔗 Dit is de laatste keer dat ik een rede hou die ik zelf niet begrijp. |
Dutch | English |
---|---|
overreden | ⇆ persuade; ⇆ prevail on; ⇆ prevail upon; ⇆ talk round |
iemand overreden | ⇆ reason with somebody; ⇆ talk somebody round |
overredend | ⇆ persuasive |
overreding | ⇆ persuasion |
overríjden | ⇆ run down; ⇆ run over |
rede | ⇆ discourse; ⇆ oration; ⇆ rationality; ⇆ reason; ⇆ road; ⇆ roads; ⇆ roadstead; ⇆ speech; ⇆ sense |