Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word kwaaddenkend
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
🔗 Zo denkende passeerde hij Slot Bommelstein, waar heer Bommel net bezig was met het verzorgen van zijn tuin. | ||
; | ||
🔗 Ik word oud, dacht hij. | ||
🔗 Als Quale er kans toe gezien had, zou hij hun het denken ook nog belet hebben. | ||
(boos; nijdig; verbolgen; toornig; verstoord; vertoornd; gramstorig; vergramd) | ||
🔗 Heb je een kwaaie bui, Jan? | ||
(euvel) | ; | |
🔗 Het kwaad is al gebeurd. | ||
(nijdig; toornig; gramstorig; vergramd; boos) | ; | |
🔗 „Wat is dit voor een onzin?” vroeg de politieman kwaad. | ||
(slecht; boos) | ||
🔗 Als dat waar is, is het kwaad nieuws. | ||
(boos; slecht) | ||
🔗 Het is een kwaad huis! |
Dutch | English |
---|---|
kwaaddenkend | ⇆ distrustful; ⇆ suspicious |
denken | ⇆ calculate; ⇆ cerebration; ⇆ cogitate; ⇆ conceive; ⇆ consider; ⇆ deem; ⇆ fancy; ⇆ feel; ⇆ figure; ⇆ guess; ⇆ reckon; ⇆ think; ⇆ suppose; ⇆ thought; ⇆ thinking; ⇆ trow; ⇆ ween |
kwaad | ⇆ angry; ⇆ bad; ⇆ black; ⇆ canker; ⇆ evil; ⇆ harm; ⇆ huffy; ⇆ ill; ⇆ injury; ⇆ mad; ⇆ mischief; ⇆ sore; ⇆ sick; ⇆ wrong |