Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word afhankelijk zijn van
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(afhangen van; aangewezen zijn op) | depend on ; | |
🔗 Het Zuidamerikaanse land is rijk aan olie en de Venezolaanse economie is grotendeels afhankelijk van de olie‐export. | ||
(onderhorig) | dependent | |
🔗 Maar de computer is wel afhankelijk van de gegevens die hem toegevoerd worden. |
Dutch | English |
---|---|
afhankelijk zijn van | ⇆ depend on; ⇆ depend upon |
afhankelijk | ⇆ contingent; ⇆ dependent |