Information über das Wort rood maken (Niederländisch → Esperanto: ruĝigi)

Synonym: doen blozen

WortartVerb

Konjugation

Indikativ
PräsensPräterium
(ik) maak rood(ik) maakte rood
(jij) maakt rood(jij) maakte rood
(hij) maakt rood(hij) maakte rood
(wij) maken rood(wij) maakten rood
(jullie) maken rood(jullie) maakten rood
(gij) maakt rood(gij) maaktet rood
(zij) maken rood(zij) maakten rood
Konjunktiv
PräsensPräterium
(dat ik) roodmake(dat ik) roodmaakte
(dat jij) roodmake(dat jij) roodmaakte
(dat hij) roodmake(dat hij) roodmaakte
(dat wij) rood maken(dat wij) roodmaakten
(dat jullie) rood maken(dat jullie) roodmaakten
(dat gij) rood maket(dat gij) roodmaaktet
(dat zij) rood maken(dat zij) roodmaakten
Imperativ
Einzahl/MehrzahlMehrzahl
maak roodmaakt rood
Partizipien
PräsenspartizipPerfektpartizip
rood makend, rood makende(hebben) roodgemaakt