Informatie over het woord uge (Deens → Esperanto: semajno)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Geslachtgemeenschappelijk

Verbuiging

 EnkelvoudMeervoud
 OnbepaaldBepaaldOnbepaaldBepaald
Nominatiefugeugenugerugerne
Genitiefugesugensugersugernes

Vertalingen

Afrikaansweek
DuitsWoche
Engelsweek
Engels (Oudengels)wucu; wice
Esperantosemajno
Jamaicaans Creoolswiik
Nederduitsweake
Nederlandsweek
Schotssennicht
Spaanssemana
Thaisอาทิตย์
Zweedsvecka